17 mrt 2013

'Zijn' en de wil


Reflectie op de dialoogavond 15 maart.

Om de wil te begrijpen dienen we goed naar onszelf te kijken. Waaruit ontstaat de wil? In directe zin is het een opkomende energie dat geuit wordt en geprojecteerd wordt richting een nog te bereiken doel.
Ook kan het een energie zijn waarbij het denken een label van bevestiging aan koppelt. Het denken claimt het dan als: dit is wat ik wil. Ook het hele gevoel kan dat bevestigen.
De grondslag van de expressie van het willen ligt in de aantrekking en afstoting (vermijding). Waar komt deze expressie vandaan? Natuurlijk net als elk verschijnsel uit de diepste bron: het onkenbare 'zijn'

De leegte schept vorm, en vormen trekken elkaar aan of stoten elkaar af. Zo ontstaat beweging en beweging is de grondslag van het leven. Dit bewegen is de schepper van het ecosysteem. De beweging zorgt dat het ecosysteem zich constant aanpast aan de huidige intrinsieke omstandigheden. Dit aantrekken en afstoten is de natuurlijke selectie om het leven op zichzelf voort te doen laten duren en te bekrachtigen. Wij als mens zijn daar bewust of onbewust direct in betrokken als onderdeel van het ecosysteem.

Het fysieke zijn: jouw vorm en jouw gevoel en denken zijn natuurlijk direct een uiting van de wil om te bestaan door het leven zelf. Ook dat gaat buiten jou om, want daarin heb je ook geen keus. Je bent. Dat is wat is. Je bent, is meteen ook het slot waarin je gevangen lijkt, want daar lijkt het concept 'ik' in te wonen. Maar zelfs de gedachte 'ik' komt altijd achteraf. Het 'ik' is altijd te laat. De beweging wat leven is is altijd eerder en nog eerder is het 'zijn', waarbinnen het leven zich in beweegt. Natuurlijk zijn er in werkelijkheid helemaal geen scheidingen. Die worden getrokken door het denken en dus altijd achteraf en niet waar. Deze uitleg heeft geen waarheid, maar: dient als doorn om de andere doorn te verwijderen.(een prachtig metafoor van Ramana Maharshi)

De wil als gedachte proces claimt de regie, maar is er wel zoiets als regie? Uitgaande dat het ecosysteem in kosmisch verband volledig één geheel is en geheel afhankelijk van het geheel is de regie ook de regie van het geheel. Ofwel eenheid regeert zichzelf. Wie zijn wij (lichamen die denken en voelen) in die eenheid? Een piepklein fragmentje natuurlijk deels en afhankelijk van de eenheid. Kunnen wij met ons denken de regie bepalen? Nee, het denken is altijd reactief, ofwel achteraf. Zodra de gedachte komt: ik smeer een boterham met pindakaas, is er al een hongergevoel als signaal van het lichaam uitgegaan. Zelfs de keuze om pindakaas erop te smeren is al van tevoren aangegeven. Zelfs als je een mandje met vele soorten beleg voor je hebt staan is de aantrekkingskracht van het meest aantrekkelijke van toepassing. Ondanks dat het denken wel vertwijfeld werkt, je neemt toch dat wat het sterkst aantrekt. En waarom? Dat weten we niet. De kennis zit in het geheel en is van het geheel. Dat gaat boven onze kleine pet van het denken uit. Al gaat het denken analyseren, het is altijd achteraf. Analyseert het denken het moment zelf, dan is dat het gevolg van afstoten of aantrekken. We zeggen dan: wil ik dit wel of niet? En dat is weer onderdeel van de beweging, kortom niet aan te ontkomen.

Er lijkt dus geen vrede te vinden. We dichten aan de innerlijke wilsenergie een 'ik' toe. Terwijl die geheel uit zichzelf opkomt. Achteraf zeggen we; het was een goede beslissing of een foute, terwijl er een groter geheel is, de eenheid zelf dat zich schept met alle vormen en consequenties van dien. We weten helemaal niet of iets goed of slecht is. Wat slecht lijkt kan in een ander perspectief juist heel goed uitpakken, terwijl het goede juist averechts kan werken.

Meningen hebben dus maar beperkte waarden, hooguit voor jou eigen beweging in het grote bewegende geheel. Jouw afstoten en aantrekken lijken deels bepaald door jouw meningen, maar die meningen zijn al bepaald door de conditionering opgedaan tijdens je hele leven. Dus gedachten, meningen zijn oud en reactief en nuttig om bijvoorbeeld zoals ik nu doe, achteraf iets op te schrijven, over een dialoog avond die twee dagen tevoren was. Terwijl er natuurlijk helemaal niets was, want er is geen enkele greep meer om aan vast te houden wat betreft die avond. Het is direct verdampt. Het verleden is alleen maar een compositie van het denken, van de analyse en dat is per definitie alleen maar een verschijnsel in het actuele bewegen van het leven.

Zelfs het nut van dit schrijven is zeer beperkt, want de beweging van het leven beweegt er geen spat meer of minder om.

Er is dus geen vrede te vinden in de beweging van het leven, tenzij we onderzoeken wie die vrede zou willen vinden?

Dan gaat het denken rennen achter zijn eigen staart. Dat is wat de verlichting versluiert. De zoektocht naar vrede en/of verlichting is de versluiering van vrede en verlichting zelf.

Om opnieuw volledig in het volle licht te staan, is een volledig zien van de beweging zelf onontkoombaar. De dualistische cadans is een op zichzelf vrij bewegende levendigheid, waarbij het 'zijn' als grenzeloze beschikbaarheid niets ook maar iets in de weg legt.

Zodra we in staat zijn leuk en niet leuk, gezond en ziek, geluk en ongeluk als gelijkwaardig en beide onontkoombare uitersten van de cadans te doorleven, kunnen we zien dat wat we werkelijk zijn, beide polen van de beweging omvat en dat we zelfs het bewegen omvatten.

Daarom zeg ik, dat wat we werkelijk zijn zelfs groter is dan het universum die we 's nachts waarnemen als we naar de sterren kijken.
Om volledig in het licht te staan -wat je natuurlijk allang doet, want er is alleen maar licht dat zichzelf vermaakt met haar eigen lichtspel- dien je om te beginnen geheel compromisloos te zijn. Het is een al geheel herkennen en erkennen van het al geheel. Het is eerder een volledig omarmen dan onthechten alhoewel beide wegen hetzelfde resultaat hebben: zien wat je bent. Alles afwijzen wat afgewezen kan worden brengt je tot ik-loos zien, maar alles omarmen, het totale geheel, tot zelfs het universum aan toe, zal je doen inzien dat je meer bent dan al het ge-omarmde.

Je bent het niets dat alles omvat.
Je bent het alles, omdat je het niets bent waarin alles kan verschijnen.

Waarom ik-loos zien? Omdat het 'ik' gekend wordt, dus gezien. Er is dus zien wat gelijktijdig het 'ik' waarneemt.

Het heeft daarom geen zin om de aandacht op 'ik' te richten om er vanaf te komen. Eenvoudig zien is voldoende.

Verlichting, ofwel bewust het licht zijn is geen garantie dat er geen 'ik' meer is. Sterker nog, dan is er ook geen behoefte meer de 'ik' sensatie te bestrijden, omdat gezien wordt dat ook dat een lichtspel is van het licht zelf. Het licht dat je bent. Eenmaal licht, is de hele wereld en universum verlicht.

Dan kan er een gedachte opkomen dat alles goed is, ook de mening dat er iets niet goed zou zijn. Die mening is ook goed, want beide tegenstellingen zijn kanten van dezelfde medaille, noodzakelijk om de beweging van het leven als de cadans van slinger van de klok in beweging te houden. En de cadans van de slinger van de klok wordt weer in evenwicht gehouden door de gewichten die niet in evenwicht hangen.

Zo mooi is alles! Wonderlijk en onbegrijpelijk en toch logisch en verblijvend in mysterie, in niet-weten.

Alles is gewoon zoals het is.

Vrede.